Borneo tot besluit...

Een blos van vermoeidheid op je wangen, een T-shirt met ijsvlekken en een lege tas. Al die met zorg gesmeerde broodjes en die zak snoep waren natuurlijk al voor het middaguur op. En dan was dat moment daar: de bus draaide de straat van de school in. Met kriebels in je buik dook je naar de bodem van de bus. Want oh, wat zouden papa en mama verrast zijn als ze die lege bus zouden zien. Gespannen wachtte je af totdat je weer omhoog kon komen en je in de mensenmassa de gezichten van je ouders zou herkennen. En dan samen naar huis om ondertussen honderduit te vertellen over je dag...

Inmiddels een grote meid van 28, maar het ik-kom-terug-van-schoolreisje-gevoel is er weer even. Oké, ik zal niet wegduiken naar de bodem als het vliegtuig landt. En nee, mijn tas is niet leeg, integendeel. Maar die kriebels, díe zijn er wel. Want na zeven maanden zet ik morgen weer voet op Nederlandse bodem. Achter die deuren van de aankomsthal staan , ergens tussen de mensenmassa, mijn ouders te wachten. En thuis wachten er vrienden en familie. Na al die maanden is er geen fijner vooruitzicht dan iedereen weer in het echt te kunnen zien en vast te mogen pakken.

Ja, ik ben een dankbaar en gelukkig mens. Ontzettend veel fijns en moois om naar terug te keren en een prachtige rugzak vol herinneringen, letterlijk en figuurlijk. Afgelopen maand vertoefde ik op Maleisisch Borneo en ik wil jullie nog één keer meenemen op het laatste stuk van dit avontuur...



Mijn reis op Maleisisch Borneo begint in Kota Kinabalu, de grootste stad van de staat Sabah in het oosten van het eiland. Een prima plek om wat dagtochten te maken, wat markten te bekijken of één van de vele malls te bezoeken. Maar uiteindelijk ben je op Borneo voor de natuur, dus ik vertrek al gauw naar Sepilok op zo'n 7 uur rijden van Kota Kinabalu.


De haven van Kota Kinabalu

Sepilok is niet meer dan een lange weg met wat guesthouses. De plek is vooral bekend om het Rainforest Discovery Centre, een opvang voor sun bears en...een rehabilitatiecentrum voor Orang-Oetans. Deze prachtige apen worden helaas bedreigd door intensieve bomenkap. Veelal komen de moeders om en worden de kleine aapjes als weesjes terug gevonden of door mensen als huisdier gehouden. Het rehabilitatiecentrum vangt deze aapjes op en laat ze een jarenlang traject doorlopen met als doel uiteindelijk in het wild terug te keren. Het terrein van de opvang is dan ook midden in de jungle en niet omgeven door hekken. Op twee momenten per dag wordt er fruit op het voederplatform gelegd en dat moment kunnen de bezoekers bijwonen.

De jungle rond Sepilok

Tijdens mijn bezoek zie ik hoe een jonge vrouwtjesaap door haar begeleider naar het platform gebracht wordt. Stap voor stap leert zij hoe ze in het wild moet overleven en hopelijk lukt het haar om uiteindelijk zelf haar voedsel te vinden. Behalve deze 'gevangen' aap zie ik geen andere roodharige acrobaten van de jungle. Dat is een goed teken; dat betekent namelijk dat deze apen allemaal in staat zijn hun eigen eten te vinden en de voedermomenten helemaal niet meer nodig hebben en zelfs vermijden. Natuurlijk is het leuk om ze in het semi-wild te zien, maar eigenlijk is het een veel fijnere gedachten dat ze ergens diep in het woud hun eigen gang gaan!



Na Sepilok reis ik af naar de Kinabatangan River. Deze chocoladebruine rivier slingert zijn weg door het oerwoud. Of, moet ik zeggen, dat wat ooit oerwoud was. Het is verdrietig om te zien hoeveel oeroude jungle weggekapt is en plaats heeft gemaakt voor enorme palmolieplantages. Vanzelfsprekend heeft dit grote gevolgen voor de dieren, er zijn plekken waar de jungle niet meer dan een strook van 50 meter breed is. Dieren zoals de pygmee-olifanten zijn daarom noodgedwongen om het hele jaar door langs de rivier te trekken om voldoende eten binnen te krijgen. Ik verblijf in een eenvoudig hutje in de jungle en hoewel de wandelingen en boottochten prima zijn, hebben we gewoon een beetje pech met de locatie. Het is niet de dichtbegroeide jungle waar ik op hoopte en op wat Makaken en tijdens de nachtwandeling een aantal mooie vogels na, zien we eigenlijk nauwelijks dieren. Van anderen die ik later spreek, hoor ik gelukkig dat er langs de rivier ook nog plekken zijn waar de dieren nog wél de ruimte hebben en in overvloed te vinden zijn. Jammer voor mij, maar het stemt toch hoopvol dat het niet overal zo treurig is.

Mijn hutje in de jungle

Kinabatangan River op één van de groenere plekken tijdens de boottocht


Na wederom een lange busrit kom ik aan in Semporna. Dit havenplaatsje zelf is enorm vies en er hangt een raar sfeertje. Maar dat ben je snel vergeten als je op de boot stapt en na een uurtje varen Mabul Island in zicht komt. Met huisjes op palen boven een azuurblauwe oceaan en wuivende palmbomen in de verte, komt het tropische gevoel al gauw weer terug.



Zoals ik eerder verklapte, haalde ik op de Perhentians mijn PADI Open Water certificaat. Hoewel ik snorkelen altijd al ontzettend leuk vond, trok duiken mij nooit zo. Het idee van onder water moeten ademen met zo'n zuurstoffles leek me maar eng. Toch besloot ik spontaan om het wél te doen, vooral omdat het duiken in Maleisië zo prachtig scheen te zijn en ach, soms moet je een beetje uit je comfortzone komen, toch?



Welnu, het begrip comfortzone kreeg een geheel nieuwe betekenis voor mij op de eerste dag van mijn cursus. Laten we het erop houden dat comfort ver te zoeken was toen ik hyperventilerend op de bodem van de zee zat. Gelukkig had ik een geweldige duikinstructeur die mij ervan wist te overtuigen dat 'heel veel mensen het in het begin eng vinden'. Dat ik ervan overtuigd was dat ik zou verzuipen als we straks op 12m diep zaten en ik niet zomaar omhoog kon, wuifde hij glimlachend weg. 'You'll be just fine!' Nou, helemaal 'fine' was ik echt niet zomaar en meer dan eens moest hij mijn handen vastpakken en keek hij me vanachter zijn duikbril geruststellend aan terwijl hij het gebaar maakte voor 'rustig doorademen'. Maar zowaar, op dag drie ging ineens de knop om en kon ik mijn instinct ervan overtuigen dat ademen onder water écht kan. En toen ging er een onderwaterwereld voor me open.

Gelukkig uiteindelijk helemaal Zenn onder water!

Zodra ik dus dat papiertje op zak had, boekte ik een duiktrip op Mabul Island. Vlakbij ligt namelijk Sipadan, een duikspot die in de top 5 van mooiste plekken ter wereld staat. En oh, wat was het mooi! Meer dan 20 schildpadden tijdens één duik, haaien die langs je door het water glijden en een onbeschrijfelijke kleurenpracht van het koraal en de vele vissen. Mijn duikbuddy was onderwaterfotograaf en was zo lief om zijn foto's en video's op mijn laptop te zetten. Maar echt, het komt pas tot leven wanneer je er zelf tussen zwemt. Een onvergetelijke ervaring, en dan te bedenken dat ik bijna gestopt was op dag 1 van mijn cursus!









Na dit geweldige duikavontuur vlieg ik weer terug naar Kota Kinabalu en vandaaruit door naar Mulu National Park. En wat word ik blij als ik uit het raampje kijk: de grijze strook asfalt vormt de landingsbaan in een zee van groen. Mulu bestaat uit glooiende bergen en een dichte jungle. En grotten; heel veel grotten! In vier dagen verken ik de meest toegankelijke grotten met een gids en wandel door de sprookjesachtig groene jungle. Dit was het regenwoud dat ik zou graag wilde zien!








In Mulu vind je nauwelijks wilde dieren. Maar daarvoor kom ik vervolgens in Bako National Park, in het westen van Borneo, volledig aan mijn trekken. Dit park ligt aan de kust en zo klauter je het ene moment over boomwortels in de jungle, struin je vervolgens over het strand en beland je ineens in de mangroves.










Na Bako keer ik terug naar Kuching, de grootste stad in de staat Sarawak. Hier doe ik een kookcursus en leer zo meer over de traditionele keuken van deze regio. Ik merk dat ik langzaam een beetje 'reismoe' word, ik heb weinig puf om nog echt ver weg te gaan voor dagtripjes. Gelukkig heb ik nog drie dagen een resort aan het strand geboekt en vermaak ik me daar prima met lezen en luieren.


En dan zit mijn tijd er ook in Maleisië op. Ik vlieg naar Singapore voor een bliksembezoekje aan deze bruisende metropool. Ik vul mijn toch al overvolle rugzak met wat nieuwe kleding. Na zeven maanden hetzelfde dragen, ben ik wel weer toe aan iets nieuws en vrouwelijks. Wat zullen ze lachen bij de douane als mijn backpack door de scanner gaat; wie neemt er nu twee paar pumps mee op reis?

En dan komen we uit bij dit moment. Daar waar ik eind december voor het eerst uit het vliegtuig stapte, zit ik nu weer. Over een paar uur vertrekt mijn vlucht van Bangkok naar Amsterdam en is de reiscirkel rond. En waar ik zelden moeite heb me uit te drukken, vind ik het nu moeilijk om onder woorden te brengen wat het einde van deze reis met me doet. Ik ben dolblij dat ik weer terug keer naar mijn geliefden thuis. Ik heb een ontzettend leuke baan om me wachten, een heerlijk huis. En toch voelt het ook een beetje als afscheid nemen. Afscheid van iets wat zich niet uit laat drukken in woorden. Het is een waanzinnige periode in mijn leven geweest en het heeft me in heel veel opzichten zoveel gebracht. Ik heb genoten, gelachen, gehuild, geleefd. Ik weet van mijn eerdere, veel kortere, reizen dat de tijd deze bijzondere ervaringen vanzelf een plekje geeft. Zoals ik afgelopen maanden gedaan heb, laat ik me ook komende tijd maar gewoon meevoeren op de stroom. En ach, uiteindelijk is het niet het einde van het grote reisverhaal. Dit was gewoon één van de vele hoofdstukken...


Reacties

  1. Hey Kelly! Wat een prachtige reis heb je gemaakt. Zal wel wennen zijn om weer thuis te zijn. Ik ben erg benieuwd naar jou als persoon en wil je graag leren kennen. Een google search heeft me naar hier geleid! Ik dacht, ik waag het er gewoon op! Mocht je benieuwd zijn, mijn email is mijn voornaam met 3 cijfers eracher. Namelijk 5, 7 en 3. Daarna een apenstaartje en hotmail.com! Niet geschoten is altijd mis! Groetjes Wouter

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten

Laat hier een berichtje voor mij achter

Instagram