Nepal in woord en beeld
Hoe omschrijf je in woorden wat je ogen soms nauwelijks
kunnen bevatten? Wat ik zie raakt me en laat me af en toe maar moeilijk los. Ik
voel me regelmatig machteloos, verbaas me over eindeloos veel dingen en ben
vaak tegelijkertijd verwonderd en ontroerd. Zo’n drie weken na mijn aankomst is
mijn vader inmiddels alweer thuis en ben ik al een aantal dagen op de kleine
school in Nagarkot. Ik doe een eerste poging om te verwoorden wat ik zie en afgelopen
weken gezien heb, wat ik denk en voel. Ik begin te typen, haal het weer weg,
begin opnieuw. Het lukt me niet, ik word er verdrietig van en een gevoel van
machteloosheid overheerst. Ik laat het rusten en weet dat er een moment komt waarop
de juiste woorden komen…
Eerder schreef ik vooral over de prachtige dingen die ik
samen met mijn vader zag. Nepal ís prachtig. Veelzijdig, veelkleurig, soms
bruisend en wervelend en dan weer ogenschijnlijk onbeweeglijk en rustiek. Het
is onvoorstelbaar dat over een lengte van slechts 200 kilometer het land van
zuid naar noord zo ingrijpend veranderd. Van vruchtbare vlakten via glooiende
heuvels naar de hoogste bergtoppen ter wereld. En waar overal ter wereld mensen
elkaar naar het leven staan omdat ze niet in dezelfde god geloven, gaan hier in
Nepal het de geloven hand in hand. Jouw tempel is de mijne.
De vallei gezien vanaf de school |
Een straatje in Bhaktapur |
Phewa Lake |
Sarangkot, uitzicht op de Annapurna Range |
Het uitzicht vanaf de school |
Een indrukwekkende religieuze bijeenkomst op 25 april, precies een jaar na de aardbeving. |
Maar Nepal is ook intens, complex. Wat vanzelfsprekend
lijkt, is dat niet en tijd…alles kost hier tijd. En tijd is zeer kostbaar als
het om mensenlevens gaat. Om mensen die na de aardbeving alles verloren en een
jaar naar dato nog altijd wachten op enige hulp van de regering. Om mensen die
dolgraag hun huis willen herbouwen, maar moeten wachten op goedkeuring door één
of andere afdeling van de overheid. Het heeft van de mensen een taai, geduldig
volk gemaakt. Een veel gehoorde uitspraak over Nepal is dat men gaat voor de
bergen, maar terugkomt voor de mensen. En het is waar. De behulpzaamheid en gastvrijheid
van de mensen valt als een warme deken over je heen. Natuurlijk is het verschil
voelbaar in druk en toeristisch Kathmandu en de kleinere dorpen waar de
gemeenschappen hechter zijn. Een vriendelijk ‘namaste’, een brede glimlach of
een bemoedigend knikje. Uitgenodigd worden op de thee bij een volslagen vreemde
tijdens een wandelingetje door het dorp. Gesprekken in voorzichtig Engels over
waar ik vandaan kom, wat ik hier kom doen. De eindeloze gastvrijheid van ‘mijn’
familie in Kathmandu. Meegenomen worden naar de dorpskleermaakster door de directrice om een authentieke Nepalese kurta, een jurk en pofbroek, aangemeten te laten krijgen als cadeautje...
Juist door de verbondenheid die ik voel me de mensen, heb ik het de eerste weken regelmatig moeilijk met de nog
altijd zichtbare schade van de aardbeving. In Kathmandu en Bhaktapur, beide
grote steden in de overvolle vallei, zijn veel eeuwenoude gebouwen
onherstelbaar beschadigd geraakt of volledig ingestort. Wat rest is een gapend
gat, een stapel stenen, scheefgezakte, vergane glorie. Veel erger vind ik het
menselijk leed dat ik vooral in de gebieden buiten de steden zie. Mensen leven
in tijdelijke woningen van golfplaten en plastic of bamboe en klei. De temperaturen lopen
overdag op tot soms wel 38 graden en gezinnen van soms wel 8 personen wonen en
slapen op een aantal vierkante meter. Het andere uiterste is de hevige regen
die soms valt. Vanaf juni tot september is dit tijdens het regenseizoen
alledaagse kost. En dan volgt de ijskoude winter…
Maar het meest van alles word ik geraakt door de kinderen.
In korte tijd krijg ik een beeld van de achtergrond van veel kinderen in de
school. Velen zijn hun huis kwijt door de aardbeving en leven in één van die
tijdelijke woningen. Eén gezin verblijft al een jaar in de school; met z’n
vijven slapen en leven ze in een van de vochtige, benauwde lokaaltjes van hooguit
10 vierkante meter. Maar er zijn ook kinderen die niet alleen hun huis kwijt
zijn, maar ook een deel van hun gezin. Eén van de jongens, slechts 8 jaar oud,
is zijn zusje kwijt geraakt tijdens de aardbeving. Vader is naar één van de
golfstaten vertrokken in een poging daar meer geld voor het gezin te verdienen,
moeder verdrinkt haar verdriet met raksi. De blik van de jongen raakt me
telkens weer diep; dit is geen kind meer.
In een ander gezin is vader met zijn nieuwe, jongere vrouw
vertrokken. Moeder blijft achter met vijf kinderen. Omdat het gezin nauwelijks te eten heeft, ga
ik met de directrice Kamala op bezoek met een grote tas groenten en fruit en
een voorraad zeep. Wat we aantreffen is een hutje van klei tegen de heuvel. Wij
zouden er onze koeien nog niet in stallen, maar hier wonen zes mensen. Er staan
twee houten bedden zonder matras; hier slapen ze met zijn vieren. De zoon van 7
plast regelmatig in bed en moeder heeft daarom besloten dat hij op de grond
moet slapen. Wanneer Kamala dit vertelt kan ik mijn tranen nauwelijks
bedwingen. Wat kan ik doen, meer dan moeder op het hart drukken dat ze de
kinderen iedere dag moet wassen met de zeep die we meegebracht hebben en haar
eten voor deze week geven?
Achter veel gezichten gaat een heel verhaal schuil... |
Pure armoede in veel gezinnen |
Ik deel deze ervaringen niet met jullie om te laten zien ‘wat
ik allemaal wel gezien heb’ of om jullie een rotgevoel te bezorgen. Het is
echter gewoon de keiharde realiteit dat mensen in deze omstandigheden leven.
Niet alleen in Nepal, maar op nog zoveel meer plekken op de wereld, waar mensen
bovendien gevaar lopen door oorlog en onderdrukking. En net zoals ik met jullie
de mooie plekken en belevenissen van het reizen wil delen, vind ik dat ik ook
dit moet laten zien.
Maar zelfs in dit soort situaties en op dit soort plaatsen,
lukt het om hoop en schoonheid te zien. Ik besluit me te richten op dat waar ik
misschien wel een klein verschil kan maken. Het allermooist aan kinderen is dat
ze zo verschrikkelijk flexibel zijn. Want ondanks dat wat deze kinderen
meegemaakt hebben en de omstandigheden waarin ze leven, zijn ze over het
algemeen opgewekt en goedlachs. De ouderen ontfermen zich zorgzaam over de
kleintjes en er heerst een gemoedelijke sfeer in de school. Al binnen een paar
dagen heb ik deze heerlijke kinderen in mijn hart gesloten en geniet ik van het
stoeien, spelen en kroelen. Ik krijg zoveel energie van ze!
Prachtige, pure kinderen |
We stellen met Kamala en de andere 2 vrijwilligers een plan
op en gaan enthousiast aan de slag. We verven de grauwe grijze muren van de school
in prachtig blauw en oh wat maakt dat al een verschil! Als je nu de heuvel
afloopt duikt daar ineens een uitnodigend gebouw op. Onze volgende missie is
het realiseren van een speellokaal voor de nursery groep. Deze kinderen van 2,5
tot 4 jaar zitten op houten bankjes en het is me meteen duidelijk dat daar
enorme winst te behalen valt in ontwikkeling. Regelmatig hobbelen we in de
lokale bus de berg af naar Bhaktapur, de grootste stad in de buurt, om daar
inkopen te doen. Verf, vloerbedekking, twintig zitkussens, tassen vol speelgoed;
alles gaat het dak van de bus op. Wij inclusief natuurlijk, want niets spannender
dan op het dak van de bus de wind in je haren voelen en bij de steile afgronden
je ogen toch maar even dichtknijpen.
De lokale bus |
Na bijna een week ben ik zo gelukkig als we de deuren openen
van een splinternieuw lokaal. De leerkrachten krijgen tranen in hun ogen, de
kinderen kijken onwennig om zich heen. Ballonnen, speelgoed, het is
waarschijnlijk allemaal nieuw voor ze. Het allermooiste geluid wat ik die dag
hoor is het opgewonden gekwebbel en gelach van 15 peuters. In plaats van
slapende, verveelde kinderen zie ik die middag gedrag wat bij kinderen van deze
leeftijd hoort: bouwen, ontdekken, imiteren en jawel, zelfs ruzie maken om die
mooie nieuwe pop! De leerkrachten geven aan dat ze het nog wel moeilijk vinden
dat er zoveel gespeeld wordt; zo leren ze toch niks? In overleg met Kamala
krijgen alle kinderen op vrijdagmiddag gedurende mijn tijd hier een vrije
middag en organiseer ik workshops voor de leerkrachten over hoe kinderen zich
ontwikkelen, hoe je spelenderwijs prima de stof aan kunt bieden en hoe je
lessen interactiever en uitdagende maakt. Ik vind het best spannend, het is
altijd maar afwachten of de leerkrachten echt wel zitten te wachten op mijn
advies. Maar de leerkrachten zijn ontzettend blij met de nieuwe informatie en
nemen alles betrokken in zich op. Ik ben blij en trots dat ik op deze manier
een kleine bijdrage kan leveren aan de ontwikkeling van de school. Maar nog veel dankbaarder ben ik voor alle mensen die dit mogelijk gemaakt hebben door afgelopen jaar een donatie te geven. Met alle goede wil van de wereld had niet niet mogelijk geweest zonder de financiële middelen en ik vind het zó mooi dat mensen zo gul geschonken hebben en dit mogelijk hebben gemaakt.
Van een kaal lokaal naar een prachtige speelruimte en blije kinderen en leerkrachten. |
Zo vliegen de weken in Nagarkot voorbij en breekt mijn
laatste week aan. Dan loopt het ineens heel anders; ik word op een nacht ziek
wakker. Dat is niks nieuws, al bijna een maand heb ik last van mijn maag en
darmen en regelmatig buikloop of moet ik overgeven. Meestal is het na een dag
over en ik wijt het telkens weer aan de hygiëne en matige kwaliteit van het
drinkwater. Dit is echter anders en ik leg die nacht zeker 10 keer de weg af
van mijn bed naar het toilet; door het donker twee trappen af. Ik glijd uit
door de aanhoudende regen, val naar beneden en ben een blauwe rug en bips
rijker. Tegen de ochtend voel ik me zo uitgeput dat ik besluit de reisverzekering
te bellen. Die adviseert me een kliniek in Kathmandu te bezoeken voor een
bloed- en stoelgangtest zodat ik goede medicijnen kan krijgen. Na een taxirit
die voor mijn gevoel eindeloos duurt, krijg ik in het ziekenhuis te horen dat
ze me opnemen in verband met uitdroging. Ik vind het allang best, ik wil alleen
maar rust en me beter voelen. De verpleging en artsen zijn lief en de kliniek
is voor Nepalese normen schoon en modern. Ik besef me maar weer hoe
vanzelfsprekend het voor ons is dat je, zelfs in een land als Nepal, de best
mogelijke zorg krijgt maar hoeveel mensen hier dat niet krijgen. Door het
infuus met vocht en de juiste antibiotica voel ik me langzaam wat beter en mag
ik gelukkig het ziekenhuis na 24 uur alweer verlaten. Ik word liefdevol
opgevangen door Shanker en Padma, slaap veel en probeer weer wat te eten van de
groentesoep die ze speciaal voor mij maken.
Het is een duidelijk signaal van
mijn lichaam dat ik het rustig aan moet doen. Ik leg toch de weg weer af naar
Nagarkot, waar de laatste dagen in een waas aan me voorbij gaan. Ik merk dat ik
uit balans ben; ik heb veel energie gekregen van het werken aan de school en
van de kinderen, maar voel dat ik nu langzaam leegloop en echt even aan mezelf
moet denken. Ik zet nog wat laatste plannen op papier voor Kamala over het
voortzetten van de ontwikkelingen en berust in de wetenschap dat we met elkaar
in een maand al heel veel hebben bereikt. Ik kan het langzaam loslaten en
hoewel ik hier een ontzettend bijzondere tijd heb gehad, is het goed zo. Ik word op mijn laatste avond beloond met een schitterende zonsondergang en voel me een rijk en gelukkig mens.
<3<3<3
BeantwoordenVerwijderenJUST READ YOUR ARTICLE. GOOD ONE. I LIKED IT. KEEP GOING. YOU ARE A BEST WRITER YOUR SITE IS VERY USEFUL AND INFORMATIVE THANKS FOR SHARING GO FOR THE BEST QUALITY PRODUCT POSSIBLE AND RESEARCH BEFORE PURCHASING ONE. WASTING MONEY IS NOT SOMETHING ANYONE LIKES, BETTER SPEND SOMETIMES ON RESEARCH AND GET THE BEST small TACTICAL BACKPACK.
BeantwoordenVerwijderen